Keiharde zomertrainingen Olde Heuvel
Het lijkt erg rustig in de schaatswereld, maar niets is minder waar. De schaatsers van Team LottoNL-Jumbo werken dagelijks keihard om in oktober zo sterk mogelijk aan de start te verschijnen. Ze gaan van trainingskamp, naar testweek, naar trainingskamp. Wouter Olde Heuvel is blij dat hij tussendoor ook even kan genieten van zijn rust- en testweek.
“Het is fijn om wat meer tijd met mijn gezin door te kunnen brengen. Daar is een rustweek ideaal voor”, legt Olde Heuvel uit. Dat hij nu een rustweek heeft betekent overigens niet dat hij de hele dag thuis op de bank zit. “Daarom heet het ook een rust- én testweek. De rust haal ik uit het feit dat ik niet zo lang onderweg ben voor mijn trainingen en minder lang bezig ben.”
De tests die hij deze week heeft ondergaan zijn niet de minste. Op een fiets wordt een zogeheten ‘sub-max’ test gedaan, waarbij schaatsers presteren tot ze de grens van verzuring bereiken. Daarna mag er worden gestopt. “Dat is net iets minder erg dan de maximale test, waarbij je na je verzuring moet kijken hoe lang je het nog vol kan houden. Die test stopt wanneer je de trappers van de fiets niet meer rond krijgt. Nu prikken ze na een blok fietsen wat bloed en meten ze hoe hoog mijn melkzuurwaardes zijn.”
Het doel van dit soort trainingen is meten of en hoe veel progressie er wordt geboekt. Aan het begin van het seizoen is de eerste test, waarbij de basisconditie wordt geconstateerd. Hou je het bij de test een maand daarna net zo lang vol, weet je dat je niet goed aan het trainen bent. Er moet namelijk wel vooruitgang worden geboekt. “De drempel van verzuring is verlegbaar”, zegt Olde Heuvel. “Dat merk je ook gewoon erg goed tijdens het trainen. Daarom doen we tijdens de meeste metingen ook de sub-max test, in plaats van de maximale test. Dan ga je niet helemaal stuk, maar behaal je wel het rendement.
Eerder deze maand gingen de schaatsers op trainingskamp naar Hamar, in Noorwegen. Ooit was het dé uitvalsbasis voor schaatsploegen in de zomer, maar dit keer was het bijzonder rustig. “We waren de enige buitenlandse ploeg die er zat. Er waren alleen nog wat Noorse ploegen. Het was optimaal trainen onder perfecte omstandigheden. Van eerdere trainingskampen kan ik het me herinneren dat het te koud was, of dat er erg slecht ijs lag. Nu was het uitstekend.”
Tijdens het trainingskamp stonden de schaatsers minimaal één keer per dag op het ijs, maar werden er ook de bekende kracht- en sprongtrainingen gedaan. “Het belangrijkste was toch het ijsgevoel”, gaat Olde Heuvel verder. “Dat zit bij mij wel goed. Ik heb er hard en veel voor getraind. Mijn vorm lijkt optimaal te zijn. Nu moet ik een goede balans vinden tussen op het juiste moment rust pakken, herstellen en dan weer keihard trainen. Vlak voor het seizoen begint wil ik nog een blok ontzettend hard trainen. Tijdens de kwalificatiewedstrijden voor de WorldCup wil ik laten zien wat ik waard ben."
“Het is fijn om wat meer tijd met mijn gezin door te kunnen brengen. Daar is een rustweek ideaal voor”, legt Olde Heuvel uit. Dat hij nu een rustweek heeft betekent overigens niet dat hij de hele dag thuis op de bank zit. “Daarom heet het ook een rust- én testweek. De rust haal ik uit het feit dat ik niet zo lang onderweg ben voor mijn trainingen en minder lang bezig ben.”
De tests die hij deze week heeft ondergaan zijn niet de minste. Op een fiets wordt een zogeheten ‘sub-max’ test gedaan, waarbij schaatsers presteren tot ze de grens van verzuring bereiken. Daarna mag er worden gestopt. “Dat is net iets minder erg dan de maximale test, waarbij je na je verzuring moet kijken hoe lang je het nog vol kan houden. Die test stopt wanneer je de trappers van de fiets niet meer rond krijgt. Nu prikken ze na een blok fietsen wat bloed en meten ze hoe hoog mijn melkzuurwaardes zijn.”
Het doel van dit soort trainingen is meten of en hoe veel progressie er wordt geboekt. Aan het begin van het seizoen is de eerste test, waarbij de basisconditie wordt geconstateerd. Hou je het bij de test een maand daarna net zo lang vol, weet je dat je niet goed aan het trainen bent. Er moet namelijk wel vooruitgang worden geboekt. “De drempel van verzuring is verlegbaar”, zegt Olde Heuvel. “Dat merk je ook gewoon erg goed tijdens het trainen. Daarom doen we tijdens de meeste metingen ook de sub-max test, in plaats van de maximale test. Dan ga je niet helemaal stuk, maar behaal je wel het rendement.
Eerder deze maand gingen de schaatsers op trainingskamp naar Hamar, in Noorwegen. Ooit was het dé uitvalsbasis voor schaatsploegen in de zomer, maar dit keer was het bijzonder rustig. “We waren de enige buitenlandse ploeg die er zat. Er waren alleen nog wat Noorse ploegen. Het was optimaal trainen onder perfecte omstandigheden. Van eerdere trainingskampen kan ik het me herinneren dat het te koud was, of dat er erg slecht ijs lag. Nu was het uitstekend.”
Tijdens het trainingskamp stonden de schaatsers minimaal één keer per dag op het ijs, maar werden er ook de bekende kracht- en sprongtrainingen gedaan. “Het belangrijkste was toch het ijsgevoel”, gaat Olde Heuvel verder. “Dat zit bij mij wel goed. Ik heb er hard en veel voor getraind. Mijn vorm lijkt optimaal te zijn. Nu moet ik een goede balans vinden tussen op het juiste moment rust pakken, herstellen en dan weer keihard trainen. Vlak voor het seizoen begint wil ik nog een blok ontzettend hard trainen. Tijdens de kwalificatiewedstrijden voor de WorldCup wil ik laten zien wat ik waard ben."