De schaatsers van Team LottoNL-Jumbo verbleven tot en met 10 september in het Italiaanse Cecina en werkten daar het allerlaatste zomertrainingskamp af. In de Toscaanse hitte werd er nog één keer geskeelerd en werden er ook ‘Hill Tempo’s’ gelopen. Iets waar Gerben Jorritsma naar eigen zeggen best goed in is.

Gerben Jorritsma vist naar succes

“Het gaat super! Alle trainingen gaan goed en de testresultaten zijn beter dan ooit. Ik sta er dus ontzettend goed voor. Er zijn verder geen klachten, waardoor ik durf te zeggen dat ik topfit ben. Tijdens de trainingen kom ik goed mee, beter dan vorig jaar. We doen veel de zelfde dingen op trainingskamp, waardoor het makkelijk te vergelijken is. Op meerdere momenten kon ik concluderen dat ik stappen heb gemaakt ten opzichte van vorig jaar. Daar trainen we ook hard voor.
 
Wat voor soort trainingen doen jullie allemaal op trainingskamp?
“De basistrainingen zijn skeeleren en wielrennen. Daarnaast zijn hardlopen en sprinten ook belangrijke onderdelen en hangen we regelmatig aan de gewichten. Vaak hebben we eerst een basistraining, de tweede training is dan een van die andere trainingen. Als klap op de vuurpijl hadden we hier in Cecina ook een onderdeel ‘Hill Tempo’. Dat deden we op een super berg, die ongeveer rond de 24% steil is. De bedoeling was dat we daar één minuut lang volle bak omhoog renden, wie na die minuut het verst was gekomen had gewonnen. De top is onmogelijk om te halen. Ik weet niet precies hoe ver ik kwam, we meten het niet exact na, maar zo rond de driehonderd meter haalde ik vaak wel. Dit onderdeel doen we alleen hier, maar ik vind het heel leuk om te doen. Misschien komt dat wel omdat ik er goed in ben. Wanneer ik er weinig van had gebakken had ik het wellicht veel minder leuk gevonden. 
 
Is dit het zwaarste trainingskamp dat jullie afwerken?
“Ja, dat vind ik wel. Het is per definitie een ontzettend zwaar blok dat we in Cecina doen, maar een kamp is in principe zo zwaar als je het zelf maakt. Als je gewoon goed je best doet ben je altijd érg moe. Maar puur naar de oefeningen op papier kijkend is dat inderdaad het zwaarste kamp. De zomer vind ik altijd leuk om mee te maken. Weer beginnen met topfit raken en weer met de groep bezig zijn. Iets waar ik naar uit kan kijken. Toch verheugt iedereen zich ook steeds meer op de start van het seizoen. Dat loopt allemaal geleidelijk in elkaar over. Dit was bijvoorbeeld het laatste kamp in de zon, het enige verschil is dat we straks op het ijs staan in plaats van op skeelers. We blijven wel gewoon doorgaan met trainingskampen. Nu gaat de focus steeds meer en meer richting het plaatsen voor de World Cup. 
 
Heb je daar al bepaalde doelen voor ogen?
“Ik wil me sowieso plaatsen voor de 500-meter. En ik hoop dat ik dit jaar ook op de 1.000 en 1.500 mee kan komen. Hoe mijn kansen daar precies liggen kan ik nu nog niet goed inschatten. Ik ben zelf fit, voel me goed en sta er per definitie beter voor dan vorig jaar, maar het is altijd afwachten hoe de concurrentie uit de zomer komt. Voor het zelfde geld schaatsen zij mij straks het licht uit de ogen. Maar ook daar kan ik nu weinig over zeggen. Het is gewoon afwachten tot de eerste race. Dan zie je ook daadwerkelijke tijden van iedereen en kan er vergeleken worden en kan ik concreter inschatten wat er precies mogelijk is. 
 
De afgelopen weken waren intensief. Veel van huis, hard trainen. Is het allemaal goed vol te houden?
“We hebben een grote en leuke groep. We lachen, gieren, brullen en trainen ontzettend hard. Dat maakt het heel makkelijk vol te houden. Iedereen weet ook precies wanneer het lachen klaar is en er getraind moet worden. Dan zijn we keihard aan het werk om elkaar weer beter te maken. Qua heimwee is iedereen gewend aan hoe het werkt. Het is ieder jaar het zelfde. Twee weken weg, twee weken thuis. De enigen die daar nu nog een beetje aan moeten wennen zijn Sanneke de Neeling en Patrick Roest. Het wordt routine dat je veel dagen per jaar van huis bent. De ene keer ga je daar wat makkelijker mee om dan de andere keer. Nu zat het weer ook behoorlijk mee en was het in Nederland matig. Dat helpt wel hoor. We gingen in onze vrije uurtjes in de zon liggen en dan heeft niemand iets te klagen. 
 
Jullie zijn zo te horen ook een hechte groep
“Ja, het gaat niet alleen met mij goed, maar ook met het hele team. Het loopt echt als een trein. Iedereen is fit en heeft het ontzettend naar zijn zin. Op die manier is het trainen ook steeds leuker, wordt je beter en kom je terecht in de vorm waar je naar zoekt. Daar moeten we hard voor werken en als het dan lukt, gaat het niveau steeds een beetje omhoog. 
 
Heb je ook momenten voor jezelf, waarbij je niet met schaatsen of sporten bezig bent?
“We lagen tijdens de rustmomenten veel op het strand en dan waren we bezig met bruin worden. Toch die extra momenten zon proberen mee te pakken. Tijdens trainingen hebben we niet heel veel tijd voor onszelf. Wel hebben we af en toe een rustdag. Tijdens de vorige rustdag, afgelopen zondag, ben ik met Jan Smeekens en Hein Otterspeer gaan vissen. Dat zie ik echt als ultiem ontspanningsmoment. Vroeger ging ik thuis ook vaker vissen, maar dat is er nu een beetje bij ingeschoten. Dus het is wel leuk om dat nu weer een keertje te doen. We besloten echt op het allerlaatste moment om dat te gaan doen. Hals over kop hebben we een hengeltje gekocht en de bijbehorende spullen klaargemaakt. Dat er dan óók nog zes vissen aan de haak worden geslagen is helemaal top. Ik ga het visserslatijn achterwege laten, het waren geen joekels, maar dat maakt eigenlijk niets uit. Het gaat erom dat je wat vangt, we gooien ze toch terug. De dag was in ieder geval zeker geslaagd.
 
Heb je naast vissen vangen nog andere niet-schaatsen gerelateerde talenten?
“Ik vind het leuk om te tekenen en te knutselen. Creatief met mijn handen zijn. Wanneer ik geen schaatser was geweest had dat zeker iets kunnen zijn om mijn geld mee te verdienen. Omdat ik veel bezig was met schaatsen, heb ik daar bij mijn schoolkeuze rekening mee gehouden. Ik ben in de richting van een administratieve en zakelijke opleiding gegaan, omdat die goed te combineren was met mijn trainingsuren. Maar als ik niet had geschaatst was ik iets met techniek of architectuur gaan doen. Misschien iets dat ik over ongeveer tien jaar alsnog kan oppakken. Alleen al omdat het gewoon leuk is om te doen. Of ik er mijn geld mee ga verdienen zie ik dan wel weer. 
 
Maar eerst alles uit je schaatscarrière halen wat er uit te halen valt! 
“Absoluut, daarom waren we ook in Italië. Ik geef echt alles voor de sport en de rest moet daar absoluut voor wijken. Wat ik na het schaatsen kan en wil doen is nu hopelijk nog lang niet aan de orde. Op naar de World Cup.

*FANS van Team LottoNL-Jumbo ontvingen dit interview afgelopen week al in een exclusieve nieuwsbrief. Wil jij die ook ontvangen? Meld je dan nu aan door HIER te klikken.