Bennet en Tankink leiden het LottoNL-Jumbo gevecht in Polen
George Bennett bracht als eerste het geel-zwart van LottoNL-Jumbo over de meet in de zesde rit van de Ronde van Polen. De renner uit Nieuw-Zeeland finishte als 29ste achter ritwinnaar Sergio Henao (Sky) in Bukowina Tatrzanska. Het gevecht dat hij, Bram Tankink en het team vandaag leverden is echter niet terug te zien in dit resultaat.
“Net als gisteren was het ook vandaag duidelijk dat we geen rol zouden spelen voor het algemeen klassement en dus kozen we om aanvallend te koersen en in de kopgroep te zitten”, vertelde ploegleider Mathieu Heijboer.
“We wilden onszelf laten zien met een aanvallende en actieve koers. Dat kon alleen maar in een kopgroep die misschien wel voor de zege zou gaan, maar dat lukte vandaag niet. We hebben niets aan het resultaat maar ik houd van onze koersstijl.”
Aanvallen
Het eerste gedeelte van de etappe was op volle snelheid. Niemand van LottoNL-Jumbo zat mee en dus moest er jacht gemaakt worden op de ontsnapping. Bert-Jan Lindeman, George Bennett en Bram Tankink volgden al het werk goed op door aan te vallen.
“Een groep van 20 renners reed weg met Bram en George erbij. Dat was voor ons het doel vandaag”, aldus Heijboer. “Maar er zaten te veel goede klimmers in de groep daarom liet het peloton de kopgroep niet begaan en hielden ze het gat op drie minuten.”
Tankink solo
De groep spatte uit elkaar en kwam waar bij elkaar. Het was vol koers mede door wereldkampioen Michal Kwiatkowski (Etixx-QuickStep).
“Gisteren zat ik te slapen en miste ik de juiste ontsnapping. Ik moest vandaag meezitten”, vertelde Bram Tankink. “Het was een zware rit, de hele dag op en neer. Op een gegeven moment reed Kwiatkowski weg. Ik kon naar hem toe rijden maar toen riep hij dat hij steendood zat. Ik ben toen alleen verder gereden.”
Tankink reed anderhalve minuut voorsprong bij elkaar. “Door solo te gaan heb ik me kapot gereden. Het was een zwaar parcours en mijn gemiddelde wattage was 290 toen ze me terugpakten. Ik denk dat ik zelfs in de Tour niet zo hoog ben gekomen. Ik ben tenminste niet in het peloton blijven zitten, dit had ik echt nodig.”
Morgen
Rick Flens en Martijn Keizer mikken op een top 10 of top 15 morgen in de individuele tijdrit.
“Vandaag moesten Rick en Martijn flink koersen”, voegde Heijboer eraan toe. “Nu is het vooral eten en herstellen. Die tijdrit nemen we heel serieus. Dit is niet alleen de laatste rit maar voor deze twee renners is het een belangrijke dag. Ze hebben dit seizoen heel veel tijd gestoken in tijdrittrainingen en gaan morgen alles geven.”
“Net als gisteren was het ook vandaag duidelijk dat we geen rol zouden spelen voor het algemeen klassement en dus kozen we om aanvallend te koersen en in de kopgroep te zitten”, vertelde ploegleider Mathieu Heijboer.
“We wilden onszelf laten zien met een aanvallende en actieve koers. Dat kon alleen maar in een kopgroep die misschien wel voor de zege zou gaan, maar dat lukte vandaag niet. We hebben niets aan het resultaat maar ik houd van onze koersstijl.”
Aanvallen
Het eerste gedeelte van de etappe was op volle snelheid. Niemand van LottoNL-Jumbo zat mee en dus moest er jacht gemaakt worden op de ontsnapping. Bert-Jan Lindeman, George Bennett en Bram Tankink volgden al het werk goed op door aan te vallen.
“Een groep van 20 renners reed weg met Bram en George erbij. Dat was voor ons het doel vandaag”, aldus Heijboer. “Maar er zaten te veel goede klimmers in de groep daarom liet het peloton de kopgroep niet begaan en hielden ze het gat op drie minuten.”
Tankink solo
De groep spatte uit elkaar en kwam waar bij elkaar. Het was vol koers mede door wereldkampioen Michal Kwiatkowski (Etixx-QuickStep).
“Gisteren zat ik te slapen en miste ik de juiste ontsnapping. Ik moest vandaag meezitten”, vertelde Bram Tankink. “Het was een zware rit, de hele dag op en neer. Op een gegeven moment reed Kwiatkowski weg. Ik kon naar hem toe rijden maar toen riep hij dat hij steendood zat. Ik ben toen alleen verder gereden.”
Tankink reed anderhalve minuut voorsprong bij elkaar. “Door solo te gaan heb ik me kapot gereden. Het was een zwaar parcours en mijn gemiddelde wattage was 290 toen ze me terugpakten. Ik denk dat ik zelfs in de Tour niet zo hoog ben gekomen. Ik ben tenminste niet in het peloton blijven zitten, dit had ik echt nodig.”
Morgen
Rick Flens en Martijn Keizer mikken op een top 10 of top 15 morgen in de individuele tijdrit.
“Vandaag moesten Rick en Martijn flink koersen”, voegde Heijboer eraan toe. “Nu is het vooral eten en herstellen. Die tijdrit nemen we heel serieus. Dit is niet alleen de laatste rit maar voor deze twee renners is het een belangrijke dag. Ze hebben dit seizoen heel veel tijd gestoken in tijdrittrainingen en gaan morgen alles geven.”