Achtervolgingsploegen veroveren zilver tijdens World Cup in Obihiro
De Nederlandse achtervolgingsploegen hebben op de eerste dag van de World Cup in het Japanse Obihiro een zilveren medaille veroverd. Op de 500 meter was Jan Smeekens met een zevende plek de beste Nederlander.
Team Jumbo-schaatsers Douwe de Vries en Chris Huizinga klokten samen met Marcel Bosker een tijd van 3.42,14. Daarmee hoefden ze alleen Rusland voor zich te dulden. Dat land won verrassend het onderdeel in een tijd van 3.41,26, een nieuw baanrecord. Noorwegen, dat eerder dit jaar olympisch kampioen werd, completeerde het podium: 3.42,77.
"Ik denk dat we dik tevreden kunnen zijn met deze race", aldus De Vries. "Het is knap wat we in zo’n kort tijdsbestek hebben neergezet. 3.42,14 is een mooie tijd en zelfs sneller dan het baanrecord, dat ik met Sven (Kramer, red.) en Wouter (Olde Heuvel, red.) hier heb neergezet een aantal jaar geleden."
De 36-jarige De Vries, Bosker en Huizinga (beiden 21 jaar) reden voor het eerst samen op de ploegenachtervolging. "Marcel en Chris zijn dan wel twee jonkies, ze reden vandaag echt volwassen. We hebben vooraf kort besproken wie wanneer wat kopwerk zou doen en dat hebben we goed uitgevoerd. De samenwerking ging top."
Beune
Ook de vrouwen pakten een zilveren medaille op de ploegenachtervolging. Joy Beune, Ireen Wüst en Lotte van Beek noteerden een tijd van 3.00,12. Japan was in eigen land een klasse apart. De Japanse vrouwen waren ruim twee seconden sneller dan de Nederlandse formatie: 2.57,80, ook een baanrecord. Rusland werd derde: 3.01,11.
Team Jumbo-rijdster Beune, die in Japan haar debuut maakt in de World Cup bij de senioren, keek na afloop tevreden terug op het resultaat. "Ik ben blij met deze zilveren plak. Japan rijdt al een tijd in dezelfde formatie, is echt een goed team, dus het is geen schande dat we achter hen eindigen. Wij reden voor het eerst samen en dat ging goed. We mogen tevreden zijn met wat we hebben neergezet."
Smeekens
Naast de ploegenachtervolging werd er op de eerste dag van de wereldbeker ook nog een individuele afstand afgewerkt. Jan Smeekens was de enige Nederlander die op de eerste 500 meter in de top tien finishte. De regerend wereldkampioen op de kortste sprintafstand werd zevende met een tijd van 35,08. Kai Verbij (35,27), Kjeld Nuis (35,28), Michel Mulder (35,29) en Dai Dai Ntab (35,32) werden respectievelijk twaalfde, dertiende, veertiende en vijftiende.
"Het was een stabiele rit", zei Smeekens na afloop. "Natuurlijk wil je graag podium rijden, maar dat zat er vandaag helaas niet in. De eerste 300 meter ging goed, maar daarna kon ik mijn snelheid niet helemaal vasthouden. Dat is jammer, maar het is wat het is. Het viel op zich niet tegen, maar er zijn nog voldoende technische dingetjes die beter kunnen. Daar gaan we de komende tijd aan werken."